Hoewel hij zelf aangeeft zich niets meer van het voorval te kunnen herinneren, is een 37-jarige man uit Oldenzaal veroordeeld voor het mishandelen van een fietser in Denekamp.
Het slachtoffer fietste samen met een jongeman in het centrum, al slingerend. Dat beschreef de partner van de verdachte, die optrad als zijn getuige. “Die twee kruisten elkaar links en rechts op straat. Ik reed erachter en ze lieten me er niet voorbij gaan. Zo ging dat ‘spelletje’ een heel stuk verder”, herinnert de Oldenzaalse zich. “Op een gegeven moment viel die jongen. Het meisje wilde hem helpen en liet haar fiets op straat liggen. Ik moest plots remmen en toeterde, omdat het gedrag me irriteerde.”
Maar ook verdachte Matijs B. bleek diep in het glaasje te hebben gekeken. “Hij lag naast me op z’n stoel te slapen. Ik maakte hem wakker toen we opeens stilstonden.”
Mishandeling of niet?
De verklaringen over wat hierna gebeurde, lopen flink uiteen: De fietsster voelde dat ze een klap op haar achterhoofd kreeg, maar B. verklaart vanwege zijn buitensporige drankgebruik niets meer te kunnen herinneren. Zijn vriendin zegt dat hij niemand geslagen heeft. Een derde, die zich later meldde, geeft echter aan dat er wel degelijk een klap uitgedeeld werd.
De rechtbank vond de verklaring van de onafhankelijke getuige, die hetzelfde aangaf als de jongedame die verklaarde geslagen te zijn, overtuigender en nam de strafeis van het OM over: 30 uur werkstraf en het betalen van zowel de materiële (377,23 euro) als immateriële (150 euro) schade.
De aanklager en de veroordeelde Oldenzaler hebben 14 dagen de tijd om in hoger beroep te gaan.
